Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Wie is het, [96]die verdoemt? Christus is het, [97]Die gestorven is; ja, wat meer is, Die ook [98]opgewekt is, Die ook [99]ter rechter[hand] Gods is, [100]Die ook voor ons bidt. 96. Dat is, die den vloek en de straf der zonde tegen ons zou uitvoeren. 97. Namelijk om ons van den vloek en de straf der zonde te bevrijden; Gal.3:13. 98. Namelijk om ons de rechtvaardigheid toe te brengen; hfdst.4 vs.25. 99. Namelijk om ons van alle vijanden te verlossen, en den Heiligen Geest tot verzekering hiervan te geven; Joh.16:7; Hand.2:33. 100. Namelijk om ons Zijne gerechtigheid door Zijn voorbidden toe te eigenen, Joh.17:20; in deze vier zaken bestaat onze ganse verzoening met God.